Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW)

Omzetdaling
Bij de regeling ‘Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid’  spelen twee aspecten een grote rol, namelijk de omzet en de loonsom. 

Hoe hoger het omzetverlies (minimaal 20%), hoe hoger de tegemoetkoming in de loonsom voor de werkgever. Om de hoogte van het omzetverlies te bepalen, moeten werkgevers eerst hun totale omzet uit 2019 delen door vier. Zij vergelijken dat vervolgens met de omzet in maart-april-mei 2020. Soms is uitblijvende klandizie pas later terug te zien in de omzetdaling. Daarom kunnen werkgevers ook een periode aangeven voor de omzetvergelijking die één of twee maanden later start.

Voor ondernemers die zijn gestart na 1 januari 2019 geldt dat zij hun omzet mogen rekenen tot 29 februari jl., waarbij dit omgerekend wordt naar een gemiddelde over 3 maanden.

Wanneer ondernemers een zogenaamd na-ijl effect verwachten in hun omzet (d.w.z. de verwachte omzetdaling doet zich pas later in het genoemde tijdvak voor), dan mag deze periode worden verlegd naar een ingangsdatum van 1 april of 1 mei 2020. Deze keuze moet bij de aanvraag worden gedaan.

Als een bedrijf uit een aantal bedrijfsonderdelen (rechtspersonen) bestaat die samen een concern vormen, wordt de omzetdaling van het hele concern aangehouden. 

Loonsom
Voor de loonsom worden gegevens uit de loonaangifte bij de Belastingdienst gebruikt. Deze neemt het UWV automatisch over. UWV neemt hierbij als grondslag het zogenaamde sociale verzekeringsloon (SV-loon). Hier komt een opslag van 30% bovenop voor de werkgeverslasten. Deze is voor ieder bedrijven gelijk. Dit is voor de dekking van vakantiegeld, werkgeverslasten sociale premies en pensioenlasten.

Er zit daarnaast een maximum aan het loon per werknemer van 9.538 euro per maand. Salaris boven dit bedrag wordt niet gecompenseerd. 

De loonsom van de periode waar de aanvraag betrekking op heeft, wordt vergeleken met de loonsom van januari 2020 zoals bekend bij de Belastingdienst. Als die ontbreekt, wordt de loonsom van november 2019 genomen. Om calculerend gedrag te voorkomen, worden wijzigingen in de loonaangifte van januari die na 15 maart zijn doorgegeven, voor deze regeling niet meegenomen. Het is dus van belang dat werkgevers tijdig loonaangiftes blijven doen, zodat de informatie over het SV-loon ook bekend is bij de Belastingdienst.

Iedereen die op de loonlijst staat en waarvoor WW, ZW of WIA wordt afgedragen, valt onder de loonsom waar de compensatie betrekking op heeft. Dus ook het salaris van flexwerkers wordt gecompenseerd, er is geen onderscheid naar contractvorm. Het kabinet roept werkgevers samen met de werkgevers- en werknemersorganisaties op om, indien mogelijk, flexwerkers door te betalen. Als de loonsom krimpt omdat er minder mensen doorbetaald worden, daalt de tegemoetkoming mee.

Aanvragen, voorschot en uitbetalen

UWV streeft ernaar om de regeling vanaf 6 april uit te voeren. Het loket  bij het UWV is vanaf 6 april open. De aanvraagperiode loopt tot en met 31 mei 2020. 

Werkgevers geven bij de aanvraag de verwachte omzetdaling op. Als het UWV positief oordeelt, keert het UWV een voorschot van 80% uit. Dat gebeurt in drie termijnen. Het eerste deel van het voorschot wordt uitgekeerd binnen twee tot vier weken na de indiening van de aanvraag, al verwacht UWV dat dit voor de meeste bedrijven sneller kan.

Binnen 24 weken na afloop van de periode waarover de NOW is toegekend, dient de werkgever vaststelling van de compensatie aan te vragen. In beginsel is hiervoor een accountantsverklaring vereist. Vervolgens zal het UWV binnen 22 weken een eindafrekening doen. Die kan hoger of lager uitvallen dan bij de eerste opgave werd verwacht. Bedrijven met acute liquiditeitsproblemen kunnen worden geholpen met de andere maatregelen uit het noodpakket.

Het kabinet zal monitoren wat de precieze werking van de maatregel is en – indien nodig en mits uitvoerbaar – aanpassingen doorvoeren. Daarnaast is het, gezien de snelheid waarmee deze regeling is ontwikkeld, onvermijdelijk dat het UWV de komende tijd nog uitdagingen in de uitvoering het hoofd zal moeten bieden.